Archieven

U bekijkt momenteel de archieven voor March 2012

28/03: 's Nachts

Categorie: De pot nat
Door: Maartje
M'n armen hebben sinds jaar en dag de gave om hitte te bewaren. Op avonden na hete dagen, eender waar, zal ik altijd later dan de anderen een lichte trui aantrekken.

Op dinsdag ging ik vroeger slapen dan mijn gewoonte is. Vierentwintig uur onconformtabel vliegen en een tijdsverschil van tien uren vind ik geen probleem, daar wandel ik doorheen. Maar maak van twee uur drie en ik voel me dagen even moe als een restje verlepte rucola ergens vergeten in de groentenla.

Zo lag ik te tienen al in bed, mijn armen nog vol zon, Australisch dan wel Europees. Ik las een boek, dronk een kop thee, genoot van de verkorreling van mijn ogen, de voorbode van bodemloze slaap, toen de stilte buiten werd doorbroken door de pikkel van een fiets. Als een muzieknoot op een gitaar zinderde de nacht nog een fractie langer na, en dan was-ie weer stil, op de achtergrond kabbelt enkel de expressweg.

Zestien te zijn en om tien uur nog thuis te komen met je fiets, de lucht nog zacht te weten. De lente is nu zo aanwezig dat ze evident geworden is, af en toe maar is er die herinnering, als je beweegt in de avondlucht en alleen onderaan nog een klein laagje koud kan voelen, als je een nog warme arm verlegt onder wit katoenen beddegoed.

Wat contrasteert die arm, nog bruin van verre werelddelen, fel met al dat wit.

Gisterennacht was bijna zomer.
Categorie: De pot nat
Door: Maartje
Ik ga weleens een eindje rennen in het bos. Ik ren liever dan ik loop. Als ik een eindje ren, vind ik dat vrijblijvender klinken dan zeven, acht kilometer lopen elke and're dag. Die vrijblijvendheid houd ik graag hoog - zeker sinds ik besloot duizend kilometer achter me te laten dit jaar. Hoewel, ik loop steeds dezelfde rondjes in steeds hetzelfde bos, dus veel achter is er niet echt aan.

Nu ja.

Liefst loop ik 's ochtendsvroeg, maar praktisch komt dat niet altijd goed uit, dus afgelopen week bond ik pas 's avonds mijn beide schoenen dicht. Er was nog net een streepje zon - het licht was uit, maar er was nog de herinnering - en in de verzwaarde lucht hing de eerste lente, niet meer dan een belofte en daarom net zo mooi. Als iets nog komen moet, kan je er twee keer van genieten, op een avond in het vroege voorjaar als je 's avonds onverwacht nog rennen gaat, en dan later nog eens, zoals vandaag toen ik na mijn zeven kilometer naar huis kon wandelen op blote voeten, door het laatste stukje bos en over het heerlijk gladde fietspad dat de vorst nog had onthouden.

Die avond was ik te optimistisch over de schemering, het werd onverwacht pikdonker in het bos - op het eind zag ik enkel de reflecterende strepen van mijn loopschoenen nog. Maar ach, het zal mijn honderdste rondje daar wel zijn geweest, het parcours ken ik onderhand.

Zo snel valt nog de avond. Eén week per jaar kan je 's avonds gaan rennen in de lente en dan thuiskomen in de winter.



Categorie: De pot nat
Door: Maartje
Toen mijn nichtje na mijn thuiskomst uit Australië alleen maar leek te willen huilde, gaf ik niet graag toe hoe dat mij bijna net zo treurig maakte. Het kind maakte het allang goed door samen met mij een boek te lezen of toch heel goed te doen alsof - door een onwillekeurige armbeweging draaide zij een blad om - bijna net op tijd.

Van het concept kinderen ben ik nochtans geen fan - er is me teveel marketing rondom gebouwd, teveel profileringsdrang van ouders, teveel gedoe als ze in groep verschijnen. Maar individueel hou ik van hen allemaal.

Het liefst zou ik ze allemaal zelf helpen met de miserie die ze hebben - of dat nu vaccineren tegen kinderziektes is, of melkpoeder mengen met zuiver water. Of visionair worden en de juiste klassen thuishouden van skivakantie.

Ik ben met vijfentwintig al gehard genoeg om te aanvaarden dat mijn rol kleiner is dan dat - maar huilen doe ik wel, bij promospotjes van ngo's, in het midden van Afrika, en soms, als de dag begint met extra nieuwsuitzendingen, soms op de meest onverwachte momenten. Als er mij tijdens het lopen iemand passeert met een kleine hond die een oranje bloemetje heeft in zijn kuifje. De oude man trok zijn hond zacht een beetje naar hem toe om mij een breder pad te geven. Mijn gezicht was toch al nat van al dat zweet.

Thuisgekomen was er extra nieuws - de zakdoeken lagen nog waar ik ze 's ochtends had gelegd.

En later, nog later at ik noedelsoep met tranen.
Categorie: De pot nat
Door: Maartje
De haren op mijn armen zijn alweer bruin geworden – op het hoogst van mijn Australië waren ze zo wit als witte suiker, mijn armen zelf de pannenkoeken. En toen ik enkele dagen geleden dertig centimeter van mijn haar liet knippen, verdween daarmee niet alleen de verdorven punten, maar ook het blondste blond – die sluier van schoonheid die het Zuiden over me drapeerde.

Daaraan dacht ik in die eerste, lege dagen helemaal alleen op reis, dat ik, als ik me dan toch niet amuseren zou, tegen mijn verwachting in, toch blond zou worden en bruin en slank, want eten was te duur. Zo kwam ik te weten dat ik oppervlakkig was zoals bijna iedereen en in de loop van de maanden die daarop volgden kreeg ik daar vrede mee, want vrede kreeg ik met alles – behalve met de frons tussen mijn wenkbrauwen, maar een Australische mijner met rugproblemen en een mangoboom verzekerde me dat die onzichtbaar werd, als ik maar glimlachte.

Hij zette zijn duim tussen mijn ogen en bewoog die op en neer – iets waar ik me zo niet aan verwachtte dat ik ervan lachen ging, breeduit en onbekommerd. Look at you, zei toen die vijfitger, you’re beautiful.

Ach ik hoef maar aan dat moment te denken of ik glimlach weer, en dan prompt alweer iets breder.

Sinds Australië ben ik in het diepst van mijn gedachten soms een vrouw die zich omdraait en dan glimlacht en zo de hele rechter-, linkerkant van een café kan doen oplichten zoals de zon.