Voor haar verjaardag aan het begin van de grote vakantie heeft Alina een nieuw fietsje gekregen en daar fietst ze nu de hele dag op. Alina is zo’n meisje met blonde staartjes en blauwe ogen. Eigenlijk ziet Alina eruit als de Lebensbornkinderen die in de jaren veertig een tijdje populair waren. En met dat roze fietsje is het helemaal af.

Ze gaat niet op vakantie dit jaar. ‘Alina amuseert zich hier ook wel, zeker met een nieuwe fiets,’ zegt haar mama. ‘Met oma een ijsje eten in de stad, dat is voor haar even exotisch als een Egyptisch strand. Mijn man en ik gaan een week naar Toscane. Voor Alina hebben we een zwembadje gekocht. Groot genoeg om in te bewegen, niet zo’n ploeterdingetje. Als de zon nu nog zou schijnen.’

Alina vindt het fantastisch, fietsen in het park. Ze kan al op twee wielen rijden, ook al is ze nog maar vijf. ‘Dat komt omdat haar vorige fietsje zo kapot was. Haar zijwieltjes stonden naar boven geplooid waardoor ze er toch niet meer op steunde. Ze heeft dus eigenlijk vanzelf leren fietsen.’

‘Na de zomer ga ik naar het eerste leerjaar.’ Alina peddelt voorbij. Ze zwalpt nog wat en even later begint het te regenen. Mama moet een beetje rennen om haar dochter bij te houden. Het worden pannenkoeken in plaats van een ijsje vanmiddag.