"Je moet het hoofdeind van je bed hoger zetten dan het voeteneind, dat wil weleens helpen."

Lighygiëne, heet dat. Ik heb de laatste tijd last van maagzuur en ontstoken slokdarmen en hele maaltijden die nog eens in mijn mond terechtkomen. Soms voel ik mij een koe en een mens gaat met zoiets al eens naar de dokter. Eén keer, twee keer. En daarna heb ik met glans een gastroscopie doorstaan bij een andere dokter. Die zei me dus dat ik het hoofdeind van mijn bed hoger moest zetten. Dat wil blijkbaar wel eens helpen.

(De binnenkant van mijn maag is met brille geslaagd.)

Ik verzweeg dat ik geen bed had. Tot voor kort was ik iemand die op een matras sliep op de grond. Slecht voor de rug, slecht voor de matras, slecht voor de maag, goed voor de portefeuille. Als freelancer moet je soms overwegingen maken.

Ik kocht toch maar een bed. Een nieuwe matras. Zette het hoofdeind van mijn bed hoger. Niet zomaar hoger. Onder de poten van mijn bed liggen, tussen twee planken, aan weerszij een Komrij tweeduizend en enige gedichten. Vind anders maar eens twee boeken die dik genoeg zijn.

Soms voel ik het water dat ik dronk stilletjes mijn lichaamstemperatuur aannemen. Het is fris, keert terug, is dan wat warmer, verdwijnt weer in de krochten van mijn maag, en als het dan nog eens naar boven kruipt is het netjes de 37° van mijn binnenkant. Er zit vast een wetenschappelijke mogelijkheid in mijn reflux.

Het wil wel eens helpen. Misschien heb ik de verkeerde schrijver genomen.